Site Loader

In het eerste deel lees je over de mooiste meren in de Catalaanse Pyreneeën. Maar na een paar meren, bleven we fantaseren over die gorges van Carança. Ik vond foto’s waarvan ik maar moeilijk kon geloven dat ze niet gefotoshopt waren. Niet dus, deze dagtrektocht houd je niet voor mogelijk. Hij is pittig en niet voor bange zieltjes, maar als je durft, krijg je er een bucketlist ervaring bij. Deze gorges zijn nog niet heel toeristisch (wij zoeken daar echt naar), de toegang is overigens helemaal gratis. Honden zijn niet toegelaten op deze wandeling.

Gorges de Carança

Wat het helemaal af maakt, is dat er een parking voor mobilhomes en campervans aangelegd is. Deze parking is betalend (wij betaalden 12 EUR voor 1 overnachting), zonder elektriciteit, maar wel met waterpunt en losplaats voor je vuil water en toilet. Als je terugkomt van je wandeling hoef je dus nergens meer naartoe, maar blijf je gewoon ter plaatse nog even hangen. Wat een heerlijke plek! De camperplaatsen zijn heel ruim en liggen in het groen. Helemaal prima voor 1 nachtje.

Maar nu over naar die wandeling: waawie!

We zijn echt wel verwend op het vlak van mooie wandelingen, maar deze komt toch ook weer ergens bovenaan een lijstje te staan.

Nadien hoorden we van locals dat er in de buurt van de gorges ook natuurlijke warmwaterbronnen zijn waar je vrij in kan zwemmen en baden. We hebben er niet naar gezocht, maar noteren de tip alvast voor tijdens een volgend bezoek.

Wij liepen een paar keer verkeerd, en op internet staan er best wel wat foute of vage aanwijzingen.
Hier de enige wandelroute die ervoor zorgt dat je van ieder moment kan genieten en niet om de haverklap vage plannetjes en misleidende beschrijvingen moet gaan vergelijken met je google maps. Je kan de wandelbeschrijving hier openklikken.

Vanaf de parking wandel je meteen de smalle kloof in. Dit pad bevindt zich achteraan de parking en kan je niet missen.

Na 2 km kom je op een eerste kruispunt. Je neemt het brugje en steekt het water over. Er wacht je nu een steile klim. Helemaal boven ga naar rechts en daar wandel je meteen de uitgeholde rotswanden door. Een kleine omweg, maar zeker doen!

Dan keer je op je stappen terug, na de rotswand niet meer verder wandelen (hier gingen wij de eerste keer de mist in).

Je komt nu terug op het punt waar je boven kwam. Net ging je rechts, nu ga je de andere kant op. Vanaf hier begint het echte werk. Ongeveer 4 km lang ga je klauteren en klimmen en flirt je met de Carança rivier, brugje over, trapje op, touwladder weer terug, … de route is volledig aangelegd.

Na 4 km (waar je toch een uur of 2 over doet), kom je aan de oude stenen brug. Niet verder wandelen, dan maak je er een tweedaagse trektocht van (wat ook kan hé, je bevindt je op een gerenommeerde GR wandelroute). Maar als dagjestoerist draai je hier weer om. En doet de wandeling voor een heel stuk terug in de omgekeerde richting. Tot aan brugje met nummer 4.

Midden op het pad staat een bord zonder tekst of affiches. Aan dit bord vertrekt een smal klauterpad rechts naar boven. Dat neem je. Vanaf daar klim je helemaal omhoog en start je aan de terugweg via de toppen. De zichten hier zijn buitenaards. Wij waren er in de late namiddag op een mooie lentedag en hadden de zonsondergang mee, wat een prachtige lichtschakeringen.

Fietsen op de voie verte langs de Middellandse Zee

Onze spieren waren best wel stijf na die wandelen door de kloven. De dag nadien deden we het iets rustiger aan. Een ritje van een dik uur bracht ons aan de kust. We parkeerden de mobilhome op een boerderij. Een Zwitsers koppel runt er een mini-boerderij en biedt camperplaatsen aan in Saint-Nazaire. Een haven van rust in deze toch wel hele drukke toeristische regio. Ik heb even gezocht, maar het is geen evidentie om in deze regio mooie camperplaatsen te vinden. Wild kamperen is hier ook niet echt een optie. Wij houden er echt niet van om als sardienenblikjes naast elkaar te moeten staan. Voor elk wat wils, maar niet voor ons dus. Het was dus wel een verademing op deze mooie plek terecht te komen. Bovendien lagen ze vlak aan de fietsroute naar de zee.

Wij volgende de voie verte tot in Bacarès, maar zoals je op de foto’s ziet kan je helemaal tot aan de Italiaanse grens, en van daaruit zelf tot in Griekenland fietsen.

Je moet er voor zijn, maar voor ons was de regio rond Perpignan te druk. Tijdens één van onze vorige trips trokken we naar het Parc Régional Narbonnaise waar je hier dan ook niet meer veraf bent, die regio past meer bij ons vakantieritme en is stukken ongerepter. Je zou dus ook Perpignan links kunnen laten liggen en meteen doorrijden naar de flamingo’s… De blog waar we het over hebben, lees je hier.

De kaart van deze roadtrip staat in het eerste deel en kan je hier terugvinden.

Lees verder op onze blog

Nog meer goesting om te reizen? Onze andere blogs doen je allicht ook wegdromen. Volg je ons bovendien op Facebook of Instagram dan krijg je in jouw feed te zien wanneer we een nieuwe blogpost online zetten.